Fysiotherapie voor baby’s
Zelfs bij baby’s zijn er al signalen die kunnen wijzen op een motorisch probleem. Een kind heeft bijvoorbeeld weinig kracht, te veel spierspanning (overstrekken), voorkeurshouding van het hoofdje, onrust of achterstand. Ook chronische aandoeningen aan de luchtwegen of veel huilen kunnen invloed hebben op de motorische ontwikkeling van een baby. In veel gevallen signaleert de consultatiebureau-arts of de huisarts dergelijke problemen.
De behandeling van baby’s bestaat voor een groot deel uit praktische adviezen aan u als ouder/verzorger. Als het nodig is komt de kinderfysiotherapeut ook thuis. Dit geldt meestal voor kinderen met een ernstige handicap.
Om welke reden gaat een baby naar de kinderfysiotherapeut?
Hieronder staan enkele voorbeelden
- Te vroeg geboren (prematuur)
- Voorkeurshouding en afplatting
- Overstrekken/gespannen (hypertonie)
- Slapte (hypotonie)
- Huilbaby
- Moeite met buikligging
- Plexus brachialis letsel (erbse parese)
- Spina bifida (open ruggetje)
- Cerebrale parese (hersenbeschadiging)
- Achterblijvende grof motorische ontwikkeling
- Billenschuiven
- Syndroom van Down
Vaak geldt: hoe eerder het kind behandeld wordt, hoe kleiner de verstoring van de ontwikkeling.